1 - Eerste deel De wereld vóór 1914 en het uitbreken van de oorlog© Papier en was. Inv. nr : 3 ECO 4.1. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne (Somme). Foto Yazid Medmoun – Envelop met Franse affiches voor een algemene mobilisatie. Een zeldzaam bewaard gebleven voorwerp: de omslag die de vier affiches voor de mobilisatie bevatte (aangekondigd op 1 augustus en van kracht geworden op de 2e), gericht aan de burgemeester van Villiers-Sur-Chize, in de Deux-Sèvres. De ondoorzichtige envelop is gemaakt van zwart papier, als een rouwvoorwerp op het moment waarop de oorlog uitbreekt.© Bronzen beeld. Inv. nr : 1 OBA 1.1. 900 mm x 550 mm x 430mm. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne (Somme). Foto Yazid Medmoun – De gewapende Vrede. Félix Alfred Desruelles, die een gouden medaille kreeg op de wereldtentoonstelling van 1900, is de maker van deze “gewapende Vrede”, verstoken van elke gratie. De allianties en de versterking ervan, de wapenwedloop en de transformatie van het militaire apparaat van de verschillende mogendheden veranderden namelijk het Europese systeem in een gewapende vrede. Hier lijkt het gevaar echter afgewend door deze mollige, strenge Marianne die de horizon in de gaten houdt. In haar linkerhand houdt ze de olijftak stevig vast, samen met het gevest van het zwaard van Frankrijk, dat nu nog naar beneden gericht is en een boek aanwijst: recht en justitie? Cultuur en beschaving?© Papier. 970 mm x 1170mm. Inv. nr : 17 MAS 1.1. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne (Somme). Foto Yazid Medmoun – Schoolplaat over “De hedendaagse beschaving”. Deze wandplaat, die gebruikt werd op school, is te danken aan Ernest Lavisse, de “officiële historicus” van de Derde Republiek. In het midden wordt “de expansie van Frankrijk” uitgedrukt door een panoramisch overzicht van de haven van Alger: de trots van “het grootste Frankrijk”. Daarboven de (Franse) wetenschap, eronder de materiële vooruitgang van de arbeidersklassen. Aan weerszijden de modernisering van de landbouw tegenover de industriële modernisering. Vervolgens een aantal meer immateriële elementen met het republikeinse algemene kiesrecht en de dienstplicht; justitie en de internationale arbitrage (conferentie van Den Haag van 1899); de solidariteit (via de onderlinge hulporganisaties voor scholieren) en het herstel van sociale rust en orde (Verdrag van Arras van 1891, waarbij de staat voor het eerst optreedt bij de beslechting van geschillen in de kolenindustrie). Alles bijeen een naïef geloof in de Vooruitgang, kenmerkend voor het republikeinse liberalisme van vóór de oorlog. En een volledig vertrouwen in het baken van de “hedendaagse beschaving”: Frankrijk.© Olieverf op doek. 1010mm x 810mm. Inv. nr : 14 FI 44. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne (Somme). Foto Yazid Medmoun – Elzas-Lotharingen na 1870. Mythe van Elzas-Lotharingen, mythe van de Revanche. Dit schilderij van Joseph Aubert, geschilderd in 1919 en getiteld “De protesteerders”, is één van de twee luiken van een diptiek waarvan het tweede luik getiteld was “De bevrijders” (het origineel, dat bewaard werd in het Oorlogsmuseum, werd in 1940 door de Duitsers vernietigd). Het werk behandelt het trauma van de “Verloren Provinciën” die aan Frankrijk ontrukt werden (twee Duitsers voeren de Elzas geketend weg, terwijl de Lotharingen op de achtergrond smeekt en een Franse soldaat, die op de grond ligt en verdraaid veel wegheeft van Napoleon III, de ontvoering niet kan verijdelen). Nu de “Verloren Provinciën” sinds de overwinning in 1918 weer bij Frankrijk horen, is het een goede zaak het Franse protest van 1871 onder de aandacht te brengen: die van een groep officieren waar we Déroulède, Faidherbe, Chanzy en Keller herkennen, en die van Gambetta, Clemenceau en Freycinet. Een reconstructie – log en overwegend onjuist – van een nooit vergeten en nooit door het moederland in de steek gelaten Elzas-Lotharingen.© Lood en karton. Inv. nr : 29 JOJ 1.1 en 4.1. 285 mm x 290 mm x 70 mm / 345 mm x 478 mm x 75 mm. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne(Somme). Foto Yazid Medmoun – Doos met tinnen soldaatjes die de verovering van Madagaskar en de Russisch-Japanse oorlog uitbeelden. Lang voordat de oorlog van 1914 uitbarstte, werd het thema van de oorlog veel gebruikt in de wereld van het speelgoed – en dus in die van de kindertijd. Hiervan getuigen deze twee dozen, met hun hele decor. Eén ervan is gewijd aan de verovering van Madagaskar door Frankrijk (links), met een eerste expeditie in 1883 en een tweede in 1895, en tot slot de annexatie in 1896; de andere aan de Russisch-Japanse oorlog van 1904-1905 op zee en op land, in Mantsjoerije. De oorlog werd tot iets eigens gemaakt, en tegelijkertijd raakte men ongevoelig voor het geweld ervan.© Ei. Inv. nr : 240 mm x 120 mm. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne(Somme). Foto Yazid Medmoun – Het leger van Afrika. Het leger van Afrika was de aanduiding van alle Franse militaire formaties die gelegerd waren in Noord-Afrika, waaronder de zoeaven en de spahi’s, hier uitgebeeld op dit struisvogelei. In militair opzicht heerste in de “Franse koloniale opvatting” een gevechtsesthetiek die te vergelijken was met de esthetiek die op datzelfde moment overheerste in het moederland. Een esthetiek die voorgoed verloren ging met de moderne oorlogsvoering.© Geschilderd metaal. Inv. nr : 6 ISC 2.2. 365 mm x 300 mm x 80mm. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne(Somme). Foto Yazid Medmoun – Koloniale klok van het Duitse Rijk – Reichs Colonial Uhr. Dit voorwerp werd begin 20e eeuw vervaardigd door de Badische Uhrenfabrik Furtwangen. De techniek en de decoratieve traditie van de klokkenmakers in Zuid-Duitsland zijn hier gebruikt voor de dubbele fascinering van de tijdgenoten voor de universele tijd en de koloniale expansie. In een strook in de kleuren zwart, wit en rood van de nationale vlag, met daarboven een keizersarend met gespreide vleugels, duidt het voorwerp zichzelf aan als “Koloniale klok van het Duitse Rijk”. Naast de Midden-Europese tijd (de afkorting “MEZ” op de wijzerplaat betekent “Mitteleuropäische Zeit”, aangenomen in het Duitse Rijk op 1 april 1893 overeenkomstig de aanbevelingen van de Conferentie van Washington van 1884) geeft de klok, in zwarte en rode Romeinse cijfers op de dubbele wijzerplaat met witte achtergrond, de tijd in de Duitse kolonies aan (Kameroen, Togo, Marshalleilanden, Samoa…). Op een strook rond het bovenste deel van de wijzerplaat staat een uitspraak van Wilhelm II: “Geen zonsondergang in ons Rijk”. Op de rode wimpel van de vlag, neergezet op een denkbeeldige, net veroverde of te veroveren aarde staat een ander keizerlijk citaat: “Onze toekomst bevindt zich op het water”. In het gekleurde decor worden stereotype beelden van koloniale vergezichten weergegeven: de hutten in Zuidwest-Afrika, de bergen die doen denken aan de Duitse bezittingen in Oost-Afrika… Het oorlogsschip links onderaan herinnert eraan hoezeer de koloniale aanspraken en de in 1898 in gang gezette politiek van de opbouw van een machtige oorlogsvloot populair waren in Duitsland.© Inv.nr : 2 AFU 1.2, 22 VAD 1.2 en 17 VAD 3.2. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne(Somme). Foto Yazid Medmoun – Pijp, veldfles en bierkan van Duitse reservisten – Voorwerpen van Duitse reservisten. Met deze geschilderde bierkan kan de reservist zich die mooie jaren van zijn militaire dienst herinneren, waarin hij verondersteld werd een echte man en burger te worden. De bierkan verbeeldt ook de trots en de nostalgie om gediend te hebben in uniform bij een onderdeel van het leger dat bijzonder aanzien genoot: de cavalerie. De aanwezigheid van een arendsfiguur – oud keizerlijk embleem dat uitgegroeid is tot een nationaal en patriottisch symbool – drukt hier de trouw aan de Keizer, opperbevelhebber van de strijdkrachten, en de trouw aan het vaderland uit. Tijdens de drie dienstjaren werd de legereenheid de “familie” van de rekruut, een vaak gebruikte metafoor om de banden te kenmerken die de soldaten onderling bonden. Welke andere verklaring zouden we anders kunnen geven aan het feit dat op dit voorwerp, in alfabetische volgorde, de namen van de eskadronleden voorkomen? De zin bovenaan de kan geeft ook uitdrukking aan de specificiteit en de trots van de cavaleristen, net als het rijkversierde deksel met galopperend paard. Tot slot laten de tekening en de legenda, in een meer genuanceerde toon, zien hoe de cavalerist afscheid neemt van zijn paard: het gezicht van de man tegen dat van het dier, de hand die zijn hals streelt en de belofte om indien nodig terug te keren naar de stal. Op deze reservistenpijp uit het begin van de 20e eeuw wordt de militarisering van het dagelijkse leven op bijzondere wijze uitgedrukt: een soldaat met de beroemde punthelm rookt rustig zijn pijp terwijl hij met besloten pas zijn zware last draagt. De polychrome porseleinen kop van dit alledaagse voorwerp, met een eenvoudige, metalen, koepelvormige deksel, draagt de inscriptie: “Spartel niet tegen! Franzos. en Brit., jullie moeten naar Duitsland komen”. Een Franse soldaat, herkenbaar aan zijn blauwe kapotjas en vuurrode broek, en een Britse soldaat worstelen om zich te bevrijden uit hun gevangenschap, maar ze worden door de stevige arm van een viriele infanterist vastgehouden. De toon is grappig maar dit banale rokersartikel duidt ook de vijand aan, dus impliciet de dreiging waaraan Duitsland blootgesteld denkt te zijn en waartegen het zich uiteraard wil verdedigen. Op de reservistenveldfles komt een ander wapen voor, dat eveneens trots uitdrukt. De fles was eigendom van de soldaat Lennier die, door zijn naam te vermelden, het object individualiseert en zijn militaire ervaring in scène zet. De tekening beeldt een galopperende troep uit die een artilleriestuk trekt. De legenda verkondigt: “De machtigste krijgsheren kunnen niets zonder ons –De godin van de overwinning lacht pas als de kanonnen geklonken hebben”. Hiermee wordt de moderniteit van dit leger, dat voorbestemd is op een dag een hoofdrol te spelen aan de fronten van de Grote Oorlog, gekoppeld aan een verwijzing naar de godheid van de klassieke oudheid. Ook de plaats van de paarden is belangrijk, ze zijn alom aanwezig in de decoratie van het voorwerp en in de artillerie-eenheden: in een batterij van 6 stukken werden normaal gesproken 153 mannen en officieren en 139 paarden opgesteld.© Inv.nr : 9 MED 22.1, 13 MED 1.1, 4 UNF 144.1 en 9 MED 26.1. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne(Somme). Foto Yazid Medmoun – Franse dienstplichthoeden en -snuisterijen Een serie Franse dienstplichthoeden en –snuisterijen die gedragen werden na afloop van de indelingsraad, waar in de kantonhoofdstad elk voorjaar alle jongeren van dezelfde lichting gekeurd werden die in de loop van het jaar daarvoor twintig jaar waren geworden (lichting 1912 werd gekeurd in het voorjaar van 1913 en ingedeeld in oktober). Met de militaire wet van 1905, werd de, tot twee jaar teruggebrachte, dienstplicht volledig universeel (geen loting meer, zoals te zien op een ouder lintje, gedateerd van 1883). De angst voor de keuring en indeling nam in de loop van de 20e eeuw voortdurend af, maar dat nam niet weg dat het verschijnen voor de indelingsraad (die 65% tot 75% van de jongeren goedkeurde “als geschikt voor de gewapende dienst”) een essentiële overgangsrite vormde, in het bijzonder op seksueel gebied (“goed voor de meisjes”). Alles mengt zich hier – patriottisme, viriele inwijding van de “ingedeelden”, republicanisme – in een verzoeningsritueel.© Inv.nr : 3 APM 1.1. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne(Somme). Foto Yazid Medmoun – De Frans-Russische alliantie. Viering van de Frans-Russische alliantie: na het bezoek van een Frans eskader in Kronstadt in 1891 en de ondertekening van een militair verdrag in 1892 tot oprichting van een defensieve alliantie, en na het bezoek van een Russische vloot aan Toulon in oktober 1893 en het bezoek van Nicolaas II aan Parijs (1896), begeeft President Félix Faure zich in 1897 naar Sint-Petersburg. Hij is degene die we hier zien en de hand van de Tsaar schudt. Deze speeldoos speelt de Marseillaise en het Russische volkslied. Het drukt het enthousiasme uit van een alliantie waarmee Frankrijk uit het diplomatieke isolement gehaald werd die gevolgd was op de nederlaag in 1870, maar ook het gevaar van een alliantie waarmee in Duitsland het gevoel van omsingeling diep geworteld werd.© Faience. Inv. nr.: 1 VAD 113.1. Coll. Historial de la Grande Guerre – Péronne(Somme). Foto Yazid Medmoun – De Boerenoorlog (Frans bord). Tijdens de Boerenoorlog (1899-1902) moest Groot-Brittannië, dat vocht tegen de Transvaal (Zuid-Afrikaanse Republiek) en Oranje Vrijstaat, zijn expeditiemacht opvoeren tot 300.000 man. Na de annexatie van de twee Staten in 1900 werden de Britten geconfronteerd met achttien maanden guerrilla, waar op dit Franse bord de – zeer uitzonderlijke – aanwezigheid van vrouwelijke Boeren in de strijd te zien is. Uiterst extreme maatregelen tegen de bevolking, zoals concentratiekampen (met een afgrijselijk hoge sterfte) en het systematisch verwoesten van de niet-onderworpen regio’s, werden ingezet om het verzet te breken. In die zin was de Boerenoorlog niet alleen kenmerkend voor de verschuiving van het oorlogsgeweld, dat voortaan ook werd ingezet tegen de burgerbevolking, maar ook voor de mobilisering van de burgerbevolking in een echte “volksoorlog”: kenmerken die de voorbode waren van bepaalde aspecten van de Eerste Wereldoorlog. TERUG NAAR DE ENCYCLOPEDIE